5.5.1.1(3). Geluid in het vrije veld Vaak wordt als maat voor geluidsterkte niet de intensiteit[1] gebruikt, maar de geluidsdruk. Tussen geluidsdruk p en intensiteit I bestaat in het vrije veld het volgende verband: De evenredigheidsconstante z in deze formule, die specifieke akoestische impedantie heet, hangt af van de stof waarin
5.2.2.1(3). Omrekening van geluidsenergie in geluidsdruk De geluidsterkte (dB SPL) van een geluid met energie E kan berekend worden uit de formule: dB SPL = 10 log (E/Eref) De geluidsterkte (dB SPL) van een geluid met geluidsdruk p kan berekend worden uit de formule: dB SPL = 20 log (p/pref)
5.2.1.1(3). Geluidssnelheid De snelheid v waarmee geluid zich door een medium verplaatst is in algemene zin afhankelijk van de elastische eigenschappen (‘veer’) en traagheidseigenschappen (‘massa’) van het medium. Voor de trillingen in het hoorbare gebied moet men hier uitgaan van de eigenschappen van het medium op microniveau, dus van de
5.5.1.1(2). Inleiding Wanneer men het verstaan van spraak als een proces beschouwt kan men drie onderdelen onderscheiden: de spreker (zender), de spraakoverdracht (transmissie) en de luisteraar (ontvanger). De mate van overdracht van spraak wordt bepaald door de akoestische eigenschappen van de ruimte waarin de overdracht plaatsvindt. In dit hoofdstuk worden
5.4.1.1(2). Inleiding Het gehoor is een uitermate gevoelig zintuig dat – vanwege die grote gevoeligheid – vraagt om uitermate subtiele meetapparatuur en uitermate goed gedefinieerde meetomstandigheden. Aan apparatuur en meetomstandigheden in de audiometrie dienen dus hoge eisen gesteld te worden. Tevens is het noodzakelijk dat meetgegevens die op verschillende plaatsen
Bij het schrijven van dit hoofdstuk is gebruik gemaakt het werkboek ‘Inleiding in de Fonetiek’ van de studierichting ‘Fonetiek’ (Opleiding Taalwetenschap) van de Universiteit Utrecht (auteur G. Bloothooft) . 5.3.2.1(2). Registratie – Analoog en digitaal Registratie van geluid is nodig om metingen te verrichten, bewerkingen uit te voeren en om
Bij het schrijven van dit hoofdstuk is gebruik gemaakt het werkboek ‘Inleiding in de Fonetiek’ van de studierichting ‘Fonetiek’ (Opleiding Taalwetenschap) van de Universiteit Utrecht (auteur G. Bloothooft) en van het basismateriaal voor de lessen aan de opleiding voor audiologieassistent zoals dat wordt gebruikt door B. Franck (Universiteit Utrecht, afdeling
5.2.2.1(2). Inleiding: logaritmische geluidsterkteschaal Het oor is in staat heel zachte geluiden waar te nemen, maar kan ook heel harde geluiden verdragen. Het interval daartussen noemen we het dynamisch bereik. Het zoeken naar een geschikte schaal voor de sterkte van geluid is te vergelijken met het zoeken naar een weegschaal
Bij het schrijven van dit hoofdstuk is gebruik gemaakt van het basismateriaal voor de lessen aan de opleiding voor audiologieassistent zoals dat wordt gebruikt door B. Franck (Universiteit Utrecht, afdeling KNO – Audiologie) en van het werkboek ‘Inleiding in de Fonetiek’ van de studierichting ‘Fonetiek’ (Opleiding Taalwetenschap) van de Universiteit